fbpx
19 augustus 2017

Het digitale tijdperk, hoe snel zijn we tevreden?

Het digitale tijdperk. Voor mijn gevoel zitten we er midden in, maar waarschijnlijk staan we nog helemaal aan het begin van deze ‘nieuwe’ era. In ieder geval dusdanig aan het begin dat ik me nog wat vage flarden kan herinneren van een vroeg-digitale-periode. Een vriendje zei ooit: “Later, kun je elkaar zien als je met iemand belt.” Toekomstmuziek die op dat moment alleen maar voorkwam in de Wondere Wereld van Chriet Titulaer. Slechts een paar jaar verder is zelfs de zelf-rijdende auto een feit. Maar, misschien wel de belangrijkste ontwikkeling van allemaal; Het grote Wereldwijde Web. Altijd en overal, we kunnen niet meer zonder. Maar wie herinnert zich niet het inbellen met een krakerige modem (na acht uur en vooral niet te lang want “anders kunnen we niet gebeld worden”).

Kortom: Een hoop veranderingen in een relatief korte periode. Het internet zit tegenwoordig in onze broekzak, terwijl we een aantal jaar geleden heel anders dachten over mobiele telefoons.

Veranderingen en evoluties

Alles wordt ‘verdigitaliseerd’ en ‘smart’ en daarmee sneller, toegankelijker en scherper (ok, alles behalve Teletekst, dat blijft er zelfs op de nieuwste 4K UltraHD televisies uitzien alsof het aandelen in Ministeck heeft). En binnen deze snelle ontwikkelingen zijn alweer evoluties gaande. Denk aan ‘responsive design’ van websites en 360-graden video’s. Deze ontwikkelingen gaan ontzettend snel en blijven zich verbeteren.

Het mooie van het internet is dat de kennis nu ook makkelijker gedeeld kan worden. Van hoe ‘knoop ik mijn stropdas’ tot de uitleg van veel ingewikkeldere zaken. “De combinatie van vrij toegankelijke kennis en de grote schaal waarom mensen met elkaar verbonden zijn is zo krachtig dat er opeens overal nieuwe kansen liggen om grote vraagstukken op te lossen.” Zo staat in het boek ‘Easycratie’ van Martijn Aslander en Erwin Witteveen. In dit boek gaat over de slimmere manier van werken in deze digitale era.

Dat de ontwikkelingen niet stil staan merken wij ook bij ons op de studio. Naast onder andere brochures, huisstijlen en websites maken we nu ook zelf apps, infographics, video’s en animaties. Iets wat eerder uitbesteed zou worden kunnen we nu, door alle online kennis, zelf. We zijn, met hetzelfde team, dus steeds breder ‘geschoold’ en ook dat blijft groeien.

Drempels en latten

Met de komst van het internet en het veranderende gedrag van mensen verandert ook de manier waarop bedrijven het web inzetten. Iedereen kan tegenwoordig met een paar muisklikken een wereldreis boeken, producten vanuit China thuis laten bezorgen en sindskort kun je heel eenvoudig zelf beleggen (wel eerst oefenen met nepgeld en dan aan de slag). Alles wordt makkelijker gemaakt om zelf te doen.

Maar je kunt je afvragen of dat altijd beter is. Drempels worden lager, maar daarmee worden sommige ‘latten’ misschien ook wel lager gelegd. Een bruggetje naar ons eigen vak is de komst van internet-drukkers. Voor veel mensen een uitkomst. Snel en goedkoop. Maar ook vrij standaard en naar onze mening zonde van de extra kans om op te vallen. Een goede huisstijl of brochure gaat om meer dan alleen de print.

Dus daar waar wij in ons werk steeds weer de lat zo hoog mogelijk proberen te leggen, kan iedereen zijn eigen drukwerk bestellen met de standaard mogelijkheden die de drukker biedt. Die ‘hoge lat’ zit hem niet alleen in een afgewogen ontwerp, op elkaar afgestemde kleuren en pakkende fotografie, maar bijvoorbeeld ook in de keuze voor een speciaal soort papier, een voelbare bedrukking of een andere soort afwerking. Alle keuzes die, naast het ontwerp, een huisstijl of brochure persoonlijk en opvallend maken en precies dat gevoel en uitstraling van de organisatie versterkt, dát is voor ons die lat.

Om het verhaal van de bovenstaande ‘lat’ nog iets te versterken wil ik verwijzen naar een mooi voorbeeld in een TED-talk die ik een aantal maanden geleden zag en die me onbewust erg is bijgebleven. Een jonge ontwerper met een iets te grote broek, vertelt dat een goed ontwerp meerdere zintuigen aanspreekt. In ons grafische werk, proberen we als extra zintuig bijvoorbeeld ‘tast’ te prikkelen door net die dikkere papiersoort te kiezen of gebruik te maken van een diepdruk. Op websites en social media prikkelen we ook het gehoor door meer en meer te werken met video’s en animaties.

Kortom in dit digitale tijdperk volgen ontwikkelingen elkaar snel op, hoe hoog de lat ook ligt. Inmiddels kúnnen we elkaar zien als we bellen dus de grote vraag is: What’s next?